- Hoor, de wind waait!
Michael Matthews heeft goede zaken gedaan in de zestiende etappe van de Tour de France. De Australiër van Sunweb was in een sprint sneller dan Edvald Boasson Hagen en John Degenkolb en pakte het maximale aantal punten voor de groene trui. Marcel Kittel werd al vroeg op achterstand gereden en speelde geen rol van betekenis in het restant van de etappe.
Zoals verwacht brak de koers al in het begin helemaal los. Thomas De Gendt probeerde aan te vallen, maar een groepje werd snel teruggepakt door de mannen van Sunweb. Zij hadden maar één doel: Marcel Kittel op achterstand rijden in de lastige beginfase. Dat lukte, want samen met onder anderen Dylan Groenewegen, Nacer Bouhanni en George Bennett (die later opgaf) moest de drager van de groene puntentrui eraf en keerde hij niet meer terug. Bouhanni lukte het wel om het gat van zo’n twee minuten te dichten. Matthews deed dus goede zaken en pakte ondertussen ook nog de tussensprint mee.
De kans op waaiervorming was zeer groot. Trek-Segafredo probeerde het peloton met nog dertig kilometer te gaan te laten scheuren, maar slaagde daar niet in. Een poging van Team Sky op iets meer dan vijftien kilometer van de meet was wel succesvol. Het peloton brak in stukken met grote slachtoffers als Daniel Martin, Alberto Contador, Alexander Kristoff, André Greipel en Bouhanni tot gevolg.
Met een groep van dertig man stormde de voorste groep af op de finish. Daniele Bennati demarreerde met nog twee kilometer te rijden en sloeg een mooie kloof. Het draaide toch op een sprint uit en die ging Greg Van Avermaet van ver aan. Matthews zat in zijn wiel en kwam er sterk uit, maar Boasson Hagen drukte zijn wiel bijna tegelijk over de meet. Even was er twijfeling, maar Matthews werd toch als winnaar aangewezen. Boasson Hagen werd tweede voor John Degenkolb. Daniel Martin gaf 51 seconden toe op zijn concurrenten Froome (die leider blijft), Bardet, Aru, Uran en Landa.
In de 17e etappe in de Tour de France komen de renners gedurende de 183 kilometer tussen La Mure en Serre Chevalier legendarische bergen als de Col de la Croix de Fer, Col du Télégraphe en Col du Galibier tegen. De finish ligt echter niet bovenop een beroemde berg, maar in het dal.
La Mure is een debutant in de Tour. Nooit eerder mocht dit stadje, uiteraard voorzien van een fraai kasteel, het Tourpeloton verwelkomen voor de start of finish van een etappe. Vanaf La Mure zetten de renners koers richting het noordoosten, waar ze in de Col d’Ornon de eerste serieuze hindernis tegenkomen. De beklimming is 5,1 kilometer à 6,7% en de top ligt op kilometer 30.
L’ Alpe d’Huez is niet in het Tourschema opgenomen. In plaats daarvan rijden de renners verder noordwaarts, naar de Col de la Croix de Fer. Een beest van een berg: 24 kilometer klimmen à 5,2%. Zeer onregelmatig bovendien, want het gemiddelde stijgingspercentage wordt gedrukt door enkele korte afdalingen tussendoor.
Het lastigste is voor het laatst bewaard: de vermaarde tweeling Télégraphe en Galibier. De eerste is een vrij regelmatige klim van 11,9 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 7,1%. Daarna volgt een afdaling van slechts 4,5 kilometer. Vervolgens gaat de weg 17,7 kilometer omhoog met een gemiddelde van 6,9%. De top van de Col du Galibier ligt op 2.642 meter hoogte. Wat volgt, is een afdaling van 28 kilometer richting Serre Chevalier.
Pieter Pottenkijker stelt vast dat de wind geen spelbreker, maar juist een spelmaker was: “Een veelvoorkomende fout van mensen: bij goed weer geen rekening houden met de wind.”